welkom

welkom¹{{/term}}

〈het〉

1 accueil 〈m.〉

♦voorbeelden:

1   iemand een feestelijk welkom bereiden • fêter l'arrivée de qn.

     iemand een hartelijk welkom bereiden • réserver un accueil chaleureux à qn.

————————

welkom²{{/term}}

〈bijvoeglijk naamwoord〉

1 bienvenu

♦voorbeelden:

1   een welkome afwisseling • un changement bienvenu

     een welkome gast • un visiteur bienvenu

     een bezoeker welkom heten • souhaiter la bienvenue à un visiteur

     ergens niet welkom zijn • être indésirable qp.

————————

welkom³{{/term}}

〈tussenwerpsel〉

♦voorbeelden:

¶   welkom thuis! • sois, soyez le bienvenu, la bienvenue!

Deens-Russisch woordenboek. 2015.